VADERTAAL

 

Elk mens heeft zo zijn standpunt, ziet de wereld eigenwijs,

op grond van zijn gedachten en belangen.

Beschrijft zo in de moedertaal, zijn eigen levensreis,

die je door geen andere kunt vervangen.

 

“Ik heb de wijsheid zelf in pacht, vind mijn eigen klederdracht,

toch echt de mooiste en de allerbeste!”

Neiging tot uniciteit, voert maar al te vaak tot strijd,

dat is de vloek en zegen van het Westen.

 

Ook de wetenschap die streeft, naar de draad die alles weeft,

maar doet dat vreemd genoeg door te ontleden.

Zij ontrafelt het geheim en denkt zo alles klein,

zal het raadsel nooit onthullen met haar sneden.

 

Wie graag pronkt met verenkleed, is ook degene die vergeet,

wat de Vadertaal ons steeds tracht te vertellen.

Over de eenheid die Hij brak, de dag dat Adam fier zich stak,

in designerstyle gemaakt van huid en vellen.

 

Dit Bijbelse verhaal klinkt misschien als brabbeltaal,

maar dat is het gevolg nu van de toren die eens viel,

toen de werklui daar in Babel, spraakverward en incapabel,

stopten met het bouwwerk dat getuigen moest van ziel.

 

Want de moedertaal die stem geeft, aan wat vorm, kleur en gevoel heeft,

belet ook steeds de toegang tot hetgeen daarachter ligt.

De mond dient vaak de maag, en zolang ik hongerig vraag,

verberg ik voor mijzelf en anderen mijn hemelse gezicht.

 

Laat ons nu eens horen wat de Vadertaal ons leert,

over de oorsprong die de blik niet kan bereiken.

Want het oor voert weer naar binnen, de aandacht die zichzelf verloor,

toen het oog zich zoekend trachtte te verrijken.

 

De vadertaal bedient zich van ‘t Hebreeuwse alfabet,

tekens met uitzonderlijk vermogen.

Want naast een letter is elk teken ook een cijfer en symbool,

krachten die bezielen zienersogen.

 

Wie aandacht heeft voor tekens die gewoven tot een woord,

nog heel veel méér vertellen dan de beelden buitenboord,

ontdekt dat de verhalen die je in de Bijbel leest,

geen fabeltjes beschrijven, maar ontwikkeling van geest.

 

En die geest die kan ontwaken vóór het vallen van de nacht,

als je opstaat als de denker en niet het lichaam waarvan je dacht,

dat het identiek was met degene die je steeds meende te zijn,

mens met begin en einde, vleesgeworpen, nietig klein.

 

Een klein tipje van de sluier licht ik hier al rijmend op,

voor wie verder kijkt dan lang is de neus midden op zijn kop.

Een kleine inkijk in de werking van wat heet de Vadertaal:

holistisch, aritmethisch, woordsysteem van het totaal.

 

Woorden die gebouwd zijn met hetzelfde materiaal,

zijn steeds innig zinvol met elkaar verbonden.

Ook als dat niet zichtbaar is in het beeldverhaal,

dat op zich staand snel de waarheid heeft geschonden.

 

Eén nul meer of minder achter een bepaald getal,

verandert niet ingrijpend het principe.

Na 1 komt 10 en 100 die steeds versterkt in elk geval,

hetzelfde grondbeginsel nog verdiepen.

 

Omgezet in cijfers schrijf je “slang” in grondprofiel: (50-8-300),

dat sterk lijkt op het Hebreeuwse woord voor “vallen” (50-80-30).

De samenhang gaat verder en raakt ook de “dierenziel” (50-80-300),

verbanden die zich tonen in getallen.

 

Maar niet alleen de bouwstenen hebben diepe zin,

ook de som van de getallen herbergt wijsheid binnenin.

Want de “slang” (50-8-300) en de “verlosser” (40-300-10-8) tellen elk tot 358,

en tonen zo een eenheid die geen mens ooit had verwacht.

 

De slang die tot gevolg had dat de mens de tuin verliet,

bood hem listig ook de toegang tot de wereld die hij ziet.

Die wereld is een leerschool, kleurrijk, leerzame praktijk,

die zich opent voor degene die verlaat het hemelrijk.

 

De verleiding die ooit plaatsvond in de vorm van het serpent, is

de verlossing uit een toestand waarin je nooit iets had gekend.

Want wie nooit een duik neemt, driest het licht contrastrijk breekt,

leert ook nooit iets van de hemel die de Bijbel steeds bespreekt.

 

De toestand vóór en ná de val beschrijft de Schrift als “licht” (1-6-200) en “huid” (70-6-200),

een beschrijving die nietszeggend is als hij niet verder wordt geduid.

De “1” betekent eenheid” en de “70” “heel veel”,

de stap van “licht” naar “huid” toont zo de breuk van het geheel.

 

De logica breekt het kristal, facettenrijk verhaal,

perspectivisch en uniek, signatuur der moedertaal.

Hij die willig deelneemt aan wat heet de zondeval,

is ook degene die door Vaders taal, Gods geest ontvangen zal.